Start en finish

Het wedstrijdreglement Atletiekunie/WA geeft in artikel 240 aan hoe startstreep aangebracht moet worden. Verder is in het reglement geen regelgeving ten aanzien van de start van een weg- en of crosswedstrijd te vinden. Bij een officiële wedstrijd heeft de wedstrijdleiding (wedstrijdleiding en scheidsrechter) een taak om toe te zien dat de start van de wedstrijd goed verloopt.

Organisaties moeten in ieder geval garanderen dat:

  • Wedstrijdlopers in het eerste vak van start kunnen gaan. Daarna volgen de overige deelnemers (recreanten).
  • Indien er sprake is van een gecombineerde wedstrijd: mannen, vrouwen en masters m/v kan gekozen worden voor een verdeling van de wedstrijdlopers over twee vakken. Wel dient duidelijk te worden aangegeven welke categorie waar en wanneer van start zal gaan. Onderscheid in startnummering of het werken met kleuren kan hierbij duidelijkheid geven.
  • Laat deelnemers altijd van achter het startgebied betreden. Zorg voor borden waarop staat voor wie dit startvak bedoeld is. Controle functionarissen zijn noodzakelijk als er sprake is van meerdere startvakken.

Het is verder aan de wedstrijdorganisatie:

  • Vrij om te bepalen of toplopers voor het startgebied mogen inlopen. Vaak is het dan wel handig om voor hen een klein startgebied te reserveren vlak voor het echte wedstrijdvak. Dit voorkomt onnodig gedrang en duwwerk om iedereen achter de startstreep (en registratiematten) te houden.
  • Of startvakken buiten het wedstrijdvak worden ingedeeld op basis van te lopen eindtijden van de deelnemers.
  • Dat recreanten samen met wedstrijdlopers in één vak staan opgesteld! Dit kan soms prima als er sprake is van een relatief kleine wedstrijd.
  • Om deelnemers van sponsors en arrangementen of inwoners uit het eigen dorp toe te laten in het eerste vak. Het is aan de wedstrijdleider om te bepalen of deze keuze nadelig kan zijn voor de startpositie van de wedstrijdlopers en daardoor voor het verloop van de wedstrijd.

Hoe groot moet het startvak zijn?

Een norm die vaak gehanteerd wordt is 2,5 - 3 atleten per m2.

Tips:

  • Tussen de startvakken lage hekken aanbrengen. Over het algemeen zijn 10-12 hekken voldoende (afhankelijk van de grootte van de wedstrijd).
  • Werk vanaf het tweede vak met een zandloper constructie. Een zandloper van 2,5 meter breed zorgt voor een doorstroming van 300 mensen per minuut!
  • Bij een zeer smalle weg kun je kiezen om de startvakken iets verder vanaf de startstreep in te richten. Laat de atleten 1-2 minuten voor de start pas oplopen naar de startstreep en zorg voor een (bijna) vliegende start.
  • Zorg voor een lint 1 meter voor de start. Het is eenvoudig om de atleten tien seconden van te voren die meter naar voren te laten lopen. Een meter naar achter is vaak moeizaam. Die meter kun je ook gebruiken om één of meer toplopers (m/v) vooraan plaats te laten nemen.
  • Het startpistool is direct of indirect verbonden aan de elektronische tijdwaarneming. Dat geldt indirect ook voor bediening van handtijden via stopwatches en printerklokken.

Voor recreatieve lopen bestaat geen regelgeving omtrent de start. Hier is geen wedstrijdjury (Atletiekunie) aanwezig. Het is aan de organisatie om te bepalen hoe om wordt gegaan met snelle en langzamere lopers bij de start.

Onderstaand een afbeelding hoe je het start- en finishgebied kan inrichten.