Topdrukte voor de atletiekunie met organisatie zes NK's

De wintermaanden staan traditioneel in het teken van sporten als skiën en schaatsen, maar in februari en begin maart eist ook atletiek flink wat aandacht op. Er staan liefst vier Nederlands Kampioenschappen Indoor op het programma. Op de weg werd afgelopen weekend al het NK 10 kilometer gelopen en 6 maart volgt het kampioenschap op de halve marathon. Van de Atletiekunie vraagt dat naast veel enthousiasme ook behoorlijk wat organisatiekracht.

“Het is gecontroleerde drukte”, zegt coördinator wedstrijdatletiek Stefan Beerepoot over de NK’s Indoor in Omnisport Apeldoorn. Met de locatie is ook direct een van de verklaringen genoemd dat de toernooien in drie opeenvolgende weekenden worden afgewerkt. In de hal, die ook dienst doet als wielerbaan, ligt een permanente atletiekbaan die bestaat uit vier banen. Voor kampioenschappen worden er twee aan toegevoegd, een arbeidsintensief en daardoor duur proces.

Veel wedstrijden
Mede om die reden is gekozen voor een korte periode met veel wedstrijden. Afgelopen weekend verzamelden zich in Apeldoorn de meerkampers en deelnemers aan de masters (35+) voor hun kampioenschap. Aan Beerepoot de taak om ervoor te zorgen dat de spelregels voor iedereen duidelijk zijn, het sporttechnisch gedeelte op orde is en de atleten gebruik kunnen maken van alle faciliteiten.

De inzet van vrijwilligers is cruciaal. Zij zijn de handen en voeten op de vloer, bijvoorbeeld als jurylid bij de wedstrijden

“Veel valt vooraf te plannen, maar er gebeuren altijd onvoorziene dingen. Dat zal dit jaar niet anders zijn.” Beerepoot benadrukt overigens dat de Atletiekunie er verre van alleen voorstaat. De inzet van vrijwilligers is cruciaal. Zij zijn de handen en voeten op de vloer, bijvoorbeeld als jurylid bij de wedstrijden.

In de lift
Beerepoot merkt dat atletiek in de lift zit. Het aantal deelnemers ligt aanzienlijk hoger dan vorig jaar. Het NK Masters telde afgelopen weekend zo’n 700 inschrijvingen, het NK junioren 1.320 en dat van de senioren, waar alle toppers aan de start verschijnen zo’n 600. Voor het laatste kampioenschap geldt vooral dat het belangrijk is of deelname in het programma past met het oog op de rest van het seizoen.

“Churandy Martina, om maar iemand te noemen, deed vorig jaar helemaal geen indoor. Nu wel en dus is hij erbij.” In principe geldt dat deelname aan het nationaal kampioenschap verplicht is voor atleten die later in actie willen komen op EK’s en WK’s, al zijn er uitzonderingen. Beerepoot heeft in ieder geval niet het idee dat indoor er slechts een beetje bijhangt. “Misschien lijkt het zo omdat het seizoen tamelijk kort is, maar reken erop dat Dafne Schippers goed wil zijn tijdens indoorwedstrijden. Het is voor haar echt wel meer dan een training. En ja, natuurlijk geldt voor alle toppers dat ze vooral bezig zijn met Rio. Dat is logisch.”

Volle tribunes
Het deelnemersveld liegt er niet om en de tribunes zitten goed vol. Dat betekent overigens niet dat de Atletiekunie geld verdient met de evenementen. Integendeel, ze kosten ondanks medewerking van de gemeente Apeldoorn en de provincie Gelderland geld.

"Een groot internationaal toernooi in eigen land kan uiteraard wonderen doen"

“Voor ons is het nu belangrijk om te zien dat de sport echt leeft. Op deze toernooien komen veel mensen af die al jaren in de atletiek-scene zitten, maar mede door successen van Schippers en Hassan kantelt het beeld en wordt die groep meer divers. Een groot internationaal toernooi in eigen land kan uiteraard ook wonderen doen. Apeldoorn is - samen met Glasgow, Minsk en het Poolse Torun - kandidaat-gastheer voor het EK indoor 2019. Beerepoot ziet in met name de Schotse hoofdstad een geduchte concurrent, maar schat de kansen goed in. Gemeente en provincie werken volop mee en op de locatie is alles mogelijk. “Al bij de bouw van Omnisport waren EK’s en WK’s voor baanwielrennen en atletiek de ambitie. Voor het wielrennen is dat gelukt, het wordt tijd dat atletiek dat voorbeeld volgt.”

NK's op de weg

Naast het indoorgeweld zijn er ook titels op de weg te verdelen. De NK’s zijn gekoppeld aan grote loopevenementen waar naast de wedstrijdatleten, die om de nationale titels strijden, ook veel recreatieve hardlopers aan meedoen.

“Het zijn twee werelden die tijdens dit soort evenementen samenkomen”, zegt projectmedewerker loopsport Bob Winter van de Atletiekunie. De focus van een wedstrijdatleet en die van een recreatieve hardloper zijn niet te vergelijken. De wedstrijdatleet loopt voor een goede klassering en een snelle tijd, de recreatieve hardloper zoekt het meer in een sportief dagje weg in een mooie omgeving.

Het NK 10 kilometer werd gelopen tijdens de 'Groet uit Schoorl Run', het NK Halve Marathon staat op het programma tijdens de City-Pier-City-loop op 6 maart in Den Haag. Winter ziet geen directe relatie tussen het aantal recreatieve deelnemers en het feit dat er ook vedetten aan de start staan: “Ik vermoed niet dat recreatieve lopers extra motivatie putten uit het feit dat er een veld met toplopers aan de start staat. Voor het evenement heeft een NK wel een direct en gunstig effect op de media-aandacht.”

Seizoensopbouw
Net als bij de NK Indoor is vooral de seizoensopbouw bepalend voor het vaststellen van een geschikte datum. Voor de NK 10 kilometer geldt dat het goed te combineren is met het cross-programma. Voor de deelnemers aan de NK Halve Marathon tijdens de City-Pier-City-loop past het evenement prima in het schema in de aanloop naar de voorjaarsmarathons.

Bij de club en aan de hand van een trainer kunnen mensen met elkaar lopen, technisch beter gaan lopen en sneller worden

Topsport en breedtesport mogen in de atletiekwereld grotendeels gescheiden circuits zijn, de Atletiekunie grijpt evenementen als afgelopen weekend in Schoorl en later in maart in Den Haag wel aan om recreatieve lopers aan te moedigen om een keer te komen kijken bij de club. Winter weet dat het juist de kracht van de loopsport is dat hij zo laagdrempelig is, dat iedereen zijn hardloopschoenen aan kan trekken en begint. En daarom is het veel leuker en verstandiger om een keer mee te doen bij de club. Bij de club en aan de hand van een trainer kunnen mensen namelijk met elkaar lopen, technisch beter gaan lopen en sneller worden, hoewel het zeker niet alleen om de prestatie draait.

“Het gaat ook om gezelligheid en misschien nog wel belangrijker, gezondheid. Met trainingsbegeleiding is de kans op blessures aanzienlijk kleiner.” Mede daarom is rondom het NK 10 kilometer de campagne 'Samen Verder; uitgezet onder de deelnemers van de 'Groet uit Schoorl Run'. 'Kom eens bij de club meetrainen' is daarin een belangrijk thema.

Voor meer informatie: www.atletiek.nl/agenda en/of www.hardlopen.nl/samenverder

Bron: Thomas van Zijl, Sportknowhow XL