'Natuurlijk is gezelligheid belangrijk, toch moet er discipline zijn

Geplaatst op Woensdag, 1 april 2015
'Natuurlijk is gezelligheid belangrijk, toch moet er discipline zijn

Buiten, op het pleintje voor het clubgebouw, doen de lopers en wandelaars hun cooling down. Binnen heeft Els van den Broek de koffie al klaar. Op de bar staat een flinke schaal met koek en cake. Zo gaat dat elke dinsdag-, vrijdag- en zondagochtend bij de Leiden Road Runners Club (LRRC). Gemoedelijk, gezellig. 'Soms iets té gezellig,' zegt Jan Reinders. 'We hebben wel eens moeite om het gekakel stil te krijgen.'

Hij lacht. Natuurlijk is gezelligheid belangrijk. 'Toch moet de discipline er wel zijn. Je moet,' aldus Reinders, 'de doelstelling van de training niet uit het oog verliezen. Voor mijn part kletsen ze over alle wereldproblemen, maar je moet wel trainen om te trainen. Anders heeft het ook geen zin. Vanmorgen deden we een piramide. Ik zeg altijd: hoe hard of langzaam ook, áls ze maar versnellen. Allen dan heeft training effect. Als ze maar een beetje blijven dribbelen heeft het geen zin. En die zin moet je als trainer uitleggen. Dat wordt wel opgepakt hoor, want fanatiek zijn ze nog. Dat is niet aan leeftijd gebonden.'

Het zijn veelal wat oudere lopers die aan de ochtendtrainingen van de LRRC meedoen. 'Ook wel mensen die werken. ZZP'ers bijvoorbeeld, die hun uren indelen op die ochtendtrainingen. Maar ook artsen, een kok en een rechter.' Een succes dus. Reinders: 'Je kunt het niet meer wegdenken.'
Een verklaring voor dat succes heeft Reinders niet echt. 'Het is licht 's morgens, dat speelt een rol. En voor mensen met een gezin is het soms makkelijker om er 's ochtends even tussenuit te knijpen dan 's avonds om half zeven te gaan trainen. Het is ook handig voor mensen in wisseldiensten, die de ene keer 's ochtends en dan weer 's avonds meetrainen.'

Jan Reinders (70) coördineert die ochtendtrainingen (schema's, trainers, barbezetting). Ook is hij zelf nog dikwijls de trainer. 'Als Cees Spek en Chris Dijkmans met vakantie zijn of een keer zelf willen meetrainen. Cees is ook over de zeventig. Superfanatiek, die gaat nog als een speer.' Zo'n dertig lopers melden zich op dinsdag en vrijdag om half tien 's ochtends. 'Dan trainen we met alle niveaus samen in één of twee groepen. Op zondag zijn we met veel meer, dan delen we in naar drie, vier niveaus.'

Er is behoefte aan die ochtendtrainingen. Het past ook prima in deze tijd, waarin mensen meer en meer hun eigen tijd indelen. Toch ontstond het idee toen Reinders en anderen bij de LRRC stopten met werken. 'We kunnen net zo goed 's ochtends gaan trainen, zeiden we. En zo groeit dat dan. Eerlijk gezegd deed Frans van den Broek toen al een training op de dinsdagochtend. Daar is toen de vrijdag en later zondag bijgekomen. Toen Frans te oud werd, zei hij: ''Jan, neem het maar van me over. Ik ga wandelen.'' Dat zie ik voor mezelf in de toekomst ook wel, als het lopen niet meer gaat. Bij ons heeft Frans Kortekaas dat opgepakt. Ze trainen daar volgens de schema's die we ook bij het hardlopen kennen. Mooi, zo hou je mensen die niet meer kunnen hardlopen toch bij de club.'

Reinders was er vanaf het begin bij, toen de LRRC in 1989 werd opgericht. Ontstaan vanuit de personeelsvereniging van de 3M-fabriek in Zoeterwoude. 'Tjeerd Scheffer, die ook al 25 jaar de Leiden Marathon organiseert, had heel enthousiast 60 startbewijzen gekocht voor de New York Marathon. Toen in de aanloop veel lopers afhaakten, werden mensen van buitenaf toegelaten. Zo ben ik meegegaan. In die tijd ook ontstond het idee een vereniging op te richten.'

Jan Reinders had twee jaar eerder - in 1987 dus - al de marathon in the Big Apple volbracht. 'Via een formuliertje dat ik uit de Volkskrant had geknipt. Ik trainde als voetballer, dus ach... Wist ik veel hoe lang 42 kilometer zou zijn. Ik liep 'm in viereneenhalf uur. Op verkeerde schoenen ook nog.'
Tot zijn vijftigste deed hij het nog een poosje samen, toen stopte hij met voetballen. 'Soms deed ik 's ochtends een halve marathon en 's middags voetbalde ik dan nog een helft mee bij de veteranen. Ach ja, dan ben je nog jong... Ik zie ze hier zondags wel voetbalen en dan denk ik, potverdorie, ik loop ze er nog uit! Dat valt in de praktijk natuurlijk tegen. Maar ja, zo was ik; klein en snel, altijd een lopertje geweest. Ze zeiden vroeger wel: Jan doet mee, zet het hek maar open.'
Inmiddels heeft hij 16 marathons gelopen. 'Met een clubje van de LRRC gingen we elk jaar naar een andere marathon. Barcelona, Lissabon, Hamburg, Athene. En Leiden natuurlijk. Ik heb nu gezegd dat ik het niet meer doe. Tenzij mijn zoon het wil, dan lopen we 'm samen. Ik mijn allerlaatste en Arjan z'n eerste. Dat moet dan wel snel gebeuren. Eerlijk gezegd hou ik mijn hart vast. Ik ben nog steeds fanatiek genoeg, maar kijk enorm op tegen de training die ik er voor moet doen.' Dat wil zeggen, zoals hij het wil doen: echt trainen voor een doel, met discipline en focus. 'En daar zie ik dus een beetje tegenop.'
Behalve coördinator van de ochtendtrainingen is Reinders bij de LRRC ook de regelneef (zoals hij het zelf noemt) voor Hollen met Han, de jaarlijks clinics - opgehangen aan de naam van Han Kulker - in aanloop naar de Leiden Marathon. Het is een samenwerking met Leiden Atletiek, het Leidsch Dagblad en twee hardloopwinkels. Dat doet hij al voor de zeventiende keer op rij. Met recht een Stille Kracht. 'Dat mag zo zijn,' zegt Reinders zelf, 'maar weet wel dat het hier bij de LRRC wemelt van de Stille Krachten.'

Hij verheugt zich dat bij de ochtendtrainingen in Monique Geerts een nieuwe, wat jongere trainster erbij krijgt. Ook Hollen met Han doet hij dit jaar met voor het eerste met Terry Veldhoven. 'Verfrissend,' zegt Reinders, 'ze heeft gelijk wat dingetjes vernieuwd. Ik stimuleer dat ook, ik voel me echt niet aangevallen. De inschrijving gaat dit jaar voor het eerst digitaal via www.inschrijven.nl. Dat loopt gesmeerd. Ook de betaling. Ik heb hier zestien keer gezeten achter een stapel bankbiljetten op de dag dat de deelnemers kwamen betalen.'

'Ik ben onlangs zeventig geworden en heb ook niet het eeuwige leven.' Kortom, het is goed bijtijds het stokje door te geven. Logisch dan ook dat hij zijn blik op het sportief wandelen heeft laten vallen. Bij de LRRC hebben ze hem al gevraagd mee te lopen in Nijmegen, de Vierdaagse. De vijftig kilometer. 'De dertig kilometer doe ik wel, dat heb ik al zes of zeven keer gedaan. Vorig jaar had ik daar weinig voor getraind en dat merk ik. Ik haal het wel, maar niet zo makkelijk. Meer trainen gaat niet. In mei loop ik altijd nog de halve marathon in Leiden, dan ga ik op vakantie en heb te weinig tijd om nog voor die vijftig kilometer te trainen. En dat moet, vind ik. Het hart wil het wel, die langste afstand. Maar ik wil verstandig zijn.'

Zeventig jaar en nog zo druk. 'De agenda is inderdaad flink gevuld,' vertelt hij. Reinders had lang een supermarkt in Leiden, nu nog helpt hij enkele dagen per week een vriend in Amsterdam die daar een winkel in noten en zuidvruchten heeft. En dat merkt hij soms wel, als hij die smalle trap daar keer op keer moet oplopen. 'Als ik dan 's avonds thuis kom... Ik kan beter een marathon lopen.'

Tekst en foto: Pim van Esschoten