Le Champion promotiedag met Running Coach Renate Wennemars
Het doel van deze promotiedag van Le Champion is mensen te laten bewegen. Hardlopen, fietsen, wandelen, alles komt aan bod. In Hotel Zuiderduin (Egmond aan Zee) is het even zoeken naar de juiste zaal. Bij de ingang word je echter goed geholpen door medewerkers van Le Champion. Je komt daarna overal mensen tegen in rode ’Le Champion’ T-shirts. Zij doen er alles aan om het de gasten makkelijk te maken.
De eerste informatiestand in de grote zaal is van de Atletiekunie. Een prominente plek waar iedereen langs komt als ze de zaal in lopen. De Atletiekunie promoot het Dutch Runners aanbod met de Running Coach, een applicatie die zowel de beginnende als de gevorderde loper helpt bij het verwezenlijken van persoonlijke doelen. Renate Wennemars is de ambassadrice, alsmede de stem van deze Running Coach.
Bij binnenkomst is Renate al aanwezig. Enthousiast stelt ze zich voor en ze vertelt wat de bedoeling is van deze dag: zo veel mogelijk mensen kennis laten maken met hardlopen.
Dan wordt de dag officieel geopend door de voorzitter van Le Champion. Het is nog niet druk, maar de aanwezigen zijn enthousiast. Hoewel de dag in het teken staat van ’bewegen’, wordt er begonnen met een eerbetoon aan Nelson Mandela. Een minuut stilte wordt vervolgd met een boekoverdracht van Thijs Zonneveld aan de voormalige voorzitter van Le Champion. Daarna gaat de dag van start.
Running Coach
De informatiestand van Dutch Runners wordt bemensd door Bob Winter en Renate Wennemars. Er zullen twee Running Coach workshops plaatsvinden in het duingebied en strand rondom Egmond aan Zee. Inge de Jong en Harmen Korfage van Team Distance Runners zullen ondersteunen bij de eerste workshop, welke zal bestaan uit acht keer één minuut hardlopen. In eerste instantie lijkt er weinig animo te zijn. Renate neemt initiatief, vraagt een microfoon en neemt het woord. Enthousiast legt ze uit wat de bedoeling is van de workshop. Het lijkt te werken en een aantal mensen komt een praatje maken. Een meneer vertelt dat hij hardlopen helemaal niet leuk vindt, maar dat hij het prachtig vindt om als vrijwilliger mee te helpen bij grote hardloopevenementen.
Daarna meldt een tweede persoon zich, ditmaal een vrouw. Zij vertelt dat ze al 15 kilometer kan hardlopen en ze vraagt zich hardop af of de Running Coach dan toch wat voor haar kan zijn. Er wordt uitgelegd dat er verschillende programma’s op de applicatie staan, van Start to Run tot de halve marathon en alles wat er tussen zit. Voor elk niveau en voor elk type loper is er een programma beschikbaar. De voorbereiding varieert tussen zes (voor de beginnende loper) en zestien weken (ter voorbereiding op een halve marathon). Je kunt overal en altijd trainen en toewerken naar een persoonlijke prestatie. De applicatie is voorzien van stimulerende muziek en motiverende aanwijzingen volgens een verantwoord hardloopschema. De vrouw besluit ’s middags met de workshop mee te doen.
De ’gewone’ hardloper
Een gewezen topsporter vraagt zich misschien af waarom Renate Wennemars is gevraagd als ambassadrice. Ze legt uit: ’ik vertegenwoordig de ’normale’ hardloper. Ik ben geen topsporter, maar iemand die lekker wil lopen, net zoals meer dan een miljoen andere Nederlanders.’ Ook Renate weet dat het lastig is om te starten met trainen als je geen doelen hebt om naar toe te werken. ’Als je je opgeeft voor een loopevenement, dan heb je dat doel wel. Dat is fijn en het motiveert. Daarom is de Running Coach ontwikkeld.’
Renate staat vervolgens een andere potentiële workshopdeelnemer te woord. Deze vrouw is al lid van een atletiekvereniging, maar wil graag wat tips en trucs om zich te kunnen verbeteren. Renate legt uit dat de workshop bedoeld is om mensen kennis te laten maken met hardlopen. Ze besluit echter ter plekke dat de middagworkshop wordt omgetoverd tot clinic voor de wat meer gevorderde lopers. De mevrouw kijkt tevreden en geeft aan later op de dag terug te komen. Daarna gaat Renate met de eerste groep deelnemers op weg.
Paneldiscussie
Na de eerste training neemt ze deel aan een paneldiscussie. Deze wordt geleid door journalist en schrijver Thijs Zonneveld. De andere deelnemer aan het panel is marathonloper Michel Butter. Thijs vraagt Renate waarom zij is begonnen met hardlopen. Ze vertelt dat ze op zoek is gegaan naar een tak van sport die ze altijd kon doen, waarvoor ze weinig excuses kon verzinnen om het niet te doen, waar je weinig materiaal voor nodig hebt en welke je kunt inpassen in een onregelmatig leven. Hardlopen bleek voor haar de uitkomst. Ze gaat verder: ’door de ontwikkeling van de Running Coach kan iedereen, ongeacht het niveau, werken naar een persoonlijk doel. De applicatie biedt een compleet trainingsprogramma, bijvoorbeeld ter voorbereiding op een loopevenement. Het protocol is opgedeeld in hapklare brokken en worden ondersteund door leuke muziek en natuurlijk mijn stem.’
Dan geeft Thijs het woord aan Michel Butter: waarom vind hij hardlopen zo leuk? Michel vertelt over zijn verleden als voetballer en hoe hij is gescout door Team Distance Runners. Hij weidt uit over zijn tijd in Kenia, over de discipline die nodig is om een goede marathonloper te worden en over hoe hij alles opzij zet om zijn sport te kunnen beoefenen. Hij geeft aan dat er weinig afleiding is en dat alles in zijn leven in het teken staat van die ene grootse prestatie op de marathon. Renate haakt in: ’weet je dat Erben zijn beste prestaties heeft geleverd nadat hij het ’topsportleven’ iets meer los had gelaten en weer met het ’normale’ leven mee ging doen? Hij ervoer bepaalde afleidingen als zeer welkom, omdat hij de sport dan even opzij kon zetten. Datzelfde jaar werd hij wereld kampioen.’ Michel antwoordt dat hij nu ook vaker andere dingen doet, zeker nu hij geblesseerd is.
Runnershigh
Thijs Zonneveld vraagt zich af hoe het kan dat Michel het volhoudt om twee uur lang met een snelheid van 20 kilometer per uur kan hardlopen. Michel legt uit dat dit getraind moet worden. ’In de training breid je steeds verder uit. Sommige weken zijn zo zwaar dat de marathon zelf gemakkelijk lijkt. Daarnaast ontwikkel je een ’runnershigh’. Het lopen gaat dan vanzelf.’ Renate vertelt dat zij pas één keer zo’n ’flow’ heeft ervaren. Meestal stelt ze zich tijdens het lopen echter veel vragen: ’Mag ik al stoppen? Staan de spruitjes al op? Wat zullen we vanavond eten?’ ’Het verstand op nul zetten lijkt voor de recreatieve loper lastiger en juist daarom is de Running Coach zo handig’, aldus Renate.
Na de paneldiscussie, die door een kleine honderd mensen werd bijgewoond, snelt ze weer naar de informatiestand van de Atletiekunie, alwaar een nieuwe groep joggers zich hebben verzameld. Wellicht voor enkelen een begin van een mooie hardloopcarrière?
Tekst: Laurien Hoos / Foto’s: Bob Winter