Aanvullende procedures bij omgaan met dopinggeruchten
Na de publicatie van het rapport ‘Göteborg' begin 2008, heeft de Atletiekunie gepleit voor het instellen van een onafhankelijke commissie om meer inzicht te krijgen hoe om te gaan met geruchten over of verdenkingen van dopingovertredingen (zogenaamde ‘zachte informatie\').
Deze in opdracht van NOC*NSF en het ministerie van VWS ingestelde commissie heeft onlangs haar werkzaamheden afgerond en vastgelegd in een rapport. De conclusies uit het onderzoek bevestigen de noodzaak voor zowel sportbonden als de Dopingautoriteit om tot aanvullende procedures te komen. In algemene zin concludeert men dat het zowel bij sportbonden als bij de Dopingautoriteit ontbreekt aan duidelijk vastgelegde regels hoe te handelen bij dopinggeruchten.
De commissie geeft tevens een aantal aanbevelingen om in deze leemten te voorzien. Voor wat betreft de sportbonden zullen deze worden ingebed in de activiteiten van de werkgroep Doping van NOC*NSF. Deze werkgroep signaleert knelpunten en reikt oplossingsrichtingen hiervoor aan. Deze werkgroep staat op dit moment overigens onder leiding van de directeur van de Atletiekunie.
Naar verwachting zullen de voorstellen voor oplossingen nog vóór de zomer 2011 beschikbaar komen.
Met het inmiddels vastgestelde Dopingstatuut blijkt overigens dat de Atletiekunie al op de goede weg is.
Nog belangrijker is dat er tussen sportbonden en Dopingautoriteit een klimaat ontstaat, waarbij informatie al vanaf de beginfase kan worden gedeeld. De recente casus rond het onderzoek van de justitiële autoriteiten in Spanje en de mogelijke rol van een Nederlandse atlete is daarbij een goed voorbeeld hoe hierbij te handelen.